Post Description
David Binney (Miami, 2 augustus 1961) is een Amerikaanse altsaxofonist en componist. Hij woont en werkt in New York.
Binney groeide op in Californië. Dankzij zijn ouders kwam hij aanraking met de muziek van John Coltrane, Miles Davis, Wayne Shorter en Jimi Hendrix. Hij kreeg saxofoonles in Los Angeles. Rond 1980 verhuisde hij naar New York, waar hij studeerde bij George Coleman, Dave Liebman en Phil Woods. Met behulp van een stipendium van de National Endowment for the Arts nam hij in 1989 een album op, Point Game, met behulp van onder meer Marvin Smitty Smith en Lonnie Plaxico (Owl, 1991). Hij werkte als begeleider van Aretha Franklin en Maceo Parker. Hij was medeoprichter van de bands Lost Tribe en Lan Xang. Sinds de jaren 90 neemt hij regelmatig een album op die onder andere uitkomen op zijn eigen platenlabel Mythology Records.
Binney speelde in onder meer het Gil Evans Orchestra, Maria Schneider Orchestra, en Medeski Martin & Wood. Hij heeft tevens samengewerkt met Alex Sipiagin, Ben Monder, Ben Perowsky, Bill Frisell, Bobby Previte, Brian Blade, Cecil McBee, Craig Taborn, Edward Simon, Eivind Opsvik, Jacob Sacks, James Genus, Jim Black, Jim Hall, Kenny Wollesen, Leni Stern, Mark Turner, Nate Wood, Scott Colley, Steven Bernstein, Thomas Morgan, Tim Lefebvre en Wayne Krantz.
Op “Bastion of sanity” koos Binney voor een afgeslankte bezetting en een kalere productie, een concept dat op “Cities and Desire” wordt herhaald. Mark Turner vervangt hier Chris Potter terwijl Jacobs Sacks’ plaats wordt ingenomen door Craig Taborn. Twee geweldige muzikanten worden afgewisseld door andere briljante musici dus dat is niet wat “Cities and Desire” nog beter maakt dan “Bastion of sanity”. Het is Binneys gave om hier optimaal te profiteren van de talenten van zijn bandleden in plaats van hen zijn wil op te leggen. Zo mag Dan Weiss behalve zijn fenomenale en onorthodoxe drumtalent ook zijn voorliefde voor Indiase muziek etaleren en krijgen lyrici als Taborn en Morgan optimaal de gelegenheid hun subtiele spel te laten schitteren. Binney zelf zorgt met Turner voor soms stevig, soms ingetogen blaaswerk van de bovenste plank. Bovendien tekende hij voor alle composities. “Cities and Desire” gaat over je ergens thuis voelen en afscheid nemen. Over het zich opgenomen weten in vreemde steden en over terugkeren in de stad waar je bent opgegroeid en weten dat er iets mist. De afgelopen jaren heeft Binney heel wat cd’s uitgebracht en uitgebreid getoerd. In de tussentijd overleden zijn vader en moeder. Het is die intense ondertoon van melancholie die “Cities and Desire” zo ontzettend bijzonder maakt.
Comments # 0