Post Description
Niets om je aan vast te houden gaat over bevrijding. Bevrijding wil niet zeggen: het einde van alle aardbevingen, oorlogen, faillissementen, werkloosheid en kanker. Het betekent ook niet een leven zonder verdriet, depressie, bezorgdheid of verslaving. Het gaat wel over herkennen dat dít de heilige werkelijkheid is en dat de heilige werkelijkheid niet ergens anders is.
Bevrijding is volgens Joan Tollifson het besef dat het fundamentele probleem nu opgelost kan worden, én dat er in feite niets op te lossen is. Bevrijding is het vinden van vrijheid in beperking en volmaaktheid in onvolmaaktheid. Het is de vrijheid om precies te zijn zoals we zijn.
Maar wat zijn we dan precies? Wat is, hier en nu, echt? Waar gaat het leven over? Wie leest deze woorden? Is het lezen van deze woorden een individuele keuze of is het de enige mogelijke bezigheid in het hele universum op dit moment, en is daar eigenlijk wel verschil tussen? Is er een methode die leidt tot bevrijding of versterkt dat idee juist de illusie dat er iemand is die gebonden is en dat bevrijding zich ergens in de toekomst bevindt?
In Niets om je aan vast te houden worden deze vragen op een toegankelijke manier verkend.
‘Ik ben heel lang niet zo enthousiast geweest over een boek over non-dualiteit.’
Matthews
‘Dit boek schiet vuur. Het is scherp, afgestemd en kernachtig, de zoeker wordt geen moment met rust gelaten.’
Nathan Gill, auteur van Helderheid (uitgeverij Samsara)
Uit het boek:
Wat we ten diepste verlangen is eigenlijk heel dichtbij, hier en nu. Het is wat wij zijn, wat we niet niet kunnen zijn: de essentie, de vitaliteit, de aanwezigheid, de leegte die niet afhankelijk is van welke vorm dit moment aanneemt, of het nu een nieuwe auto of een lekke band is, want de echte bron van waar geluk, echte vrede en vrijheid is evenveel aanwezig in elke vorm.
Waar ik het over heb? Over dit! Hier. Nu. De vitaliteit en onmiddellijkheid van deze ervaring nu, het weten dat je aanwezig en gewaar bent, dit onontkoombare hier en nu – dit wat je altijd al bent en niet níet kunt zijn – de naakte werkelijkheid van alleen dit, precies zoals het is (…)
Woorden als ‘Hier/Nu’, of uitspraken als ‘ Dit is Het’, verwijzen naar dit eeuwig huidige moment dat geen plaats, geen grens, geen naden heeft. Hier en nu is altijd aanwezig en eeuwig veranderlijk. Het verschijnt als verkeersgeluid, de smaak van een appel, het blauwe van de lucht, de gewaarwordingen van hoofdpijn, de verhalen en mentale films die het denken en de verbeelding creëren, en de non-ervaring van diepe slaap. Ik wijs op wat zeer evident, zeer onmiddellijk, zeer onmiskenbaar is – de pure werkelijkheid van wat is – het pure zijn waarvoor geen geloof nodig is en waaraan je niet kunt twijfelen.
Elke interpretatie van de ervaring van dit moment (wat ze is, of waarom ze er is) kan men in twijfel trekken, maar dat ze er is, is boven twijfel verheven. Je kunt twijfelen aan conclusies die je trekt uit wat je nu ervaart (bijvoorbeeld dat het een mentale creatie is, gebaseerd op wat via de zintuigen binnenkomt uit de buitenwereld, die bestaat uit scheikundige elementen, atomen, moleculen, subatomaire deeltjes, quarks of snaren, of dat het allemaal bewustzijn is, of dat het een droom of een illusie is). Deze conclusies kunnen allemaal betwijfeld worden, maar het pure ervaren wat er nu gebeurt, het hier-zijn of nu-zijn of zo-zijn ervan, dat vereist geen geloof en valt onmogelijk te ontkennen. Zelfs als we geloven dat het een illusie of een droom is, het is er niettemin onmiskenbaar.
Als je je bewust bent van deze aanwezige vitaliteit, dan is er ontvankelijkheid en een gevoel van verwondering. We zien schoonheid in de meest gewone dingen. We voelen dat alles eigenlijk oké is, ook als het dat ogenschijnlijk niet is. We hebben gemoedsrust. Zelfs als we verdriet hebben of lichamelijke pijn, gaat die vergezeld van een zekere vitaliteit, een gevoel van vloeibaarheid en onvastheid.
Als je je niet bewust bent van die aanwezige vitaliteit is er sprake van lijden. Ik maak hier onderscheid tussen pijn (wat zuiver een gevoel is) of pijnlijke omstandigheden (zoals oorlog, faillissement, een natuurramp) en de gedachten, verhalen en overtuigingen over de pijn of de pijnlijke omstandigheden. Lijden, zoals ik het woord hier gebruik, is eigenlijk het gedachte-verhaal-geloof-idee dat dit-hier-nu niet genoeg is, dat het leven niet zo hoort te zijn zoals het is, dat ‘ik’ niet oké ben of ‘het’ niet oké is – dat waar we naar verlangen zich ergens ‘buiten’ ons bevindt, in het verleden of in de toekomst, ergens anders of op een ander moment dan Hier/Nu. Dit idee van gemis komt altijd voort uit de gedachte-verhaal-geloof-idee dat ‘ik’ een afzonderlijk deeltje ben, ingekapseld in een vergankelijk en kwetsbaar lichaam-geestorganisme, van waaruit het naar een wezensvreemde en bedreigende wereld kijkt, probeert te overleven, te slagen, ergens te komen en een bijzonder iemand te zijn. Vanuit dit gezichtspunt van afgescheiden en ingekapseld zijn lijkt er altijd iets te ontbreken.
Bewust worden is het doorzien van dergelijke gedachten, wakker worden uit het verhaal van je leven en van alles wat je denkt en gelooft, je bewust worden van de eenvoud van wat is. Dit kan alleen Hier/Nu gebeuren, niet in het verleden of in de toekomst. Bewust zijn is het herkennen van het oneindige in het eindige, de leegte in iedere vorm, het volmaakte in het ogenschijnlijk onvolmaakte, totaliteit in de veelvuldigheid. Er bestaat niets buiten Hier/Nu en daarom is niemand ooit echt verloren en is er niets te vinden dat niet al helemaal aanwezig is.
Joan Tollifson
Joan Tollifson
Recensie
InZicht
tijdschrift voor non-dualiteit en zelfonderzoek
Niets om je aan vast te houden is het derde boek van Tollifson dat in een Nederlandse vertaling verschijnt. Volgens de schrijfster is spirituele bevrijding vrijheid vinden in beperking en volmaaktheid in onvolmaaktheid.
Minder
Het is de vrijheid om eenvoudig te zijn wat we zijn. Maar wat zijn we dan? Wat is werkelijk, hier en nu? Waar gaat het leven over? Is er een methode die tot deze bevrijding leidt? Deze diepgaande vragen worden in dit boek onderzocht. Tollifson is er niet op uit antwoorden te geven, maar eerder om de aannames achter de vragen te ondermijnen en de imaginaire aard van onze ogenschijnlijke problemen en dilemma’s bloot te leggen.
Ze slaagt er, wat mij betreft, moeiteloos in om de lezer mee te nemen en steeds weer uit te nodigen tot zelfonderzoek en reflectie. Het boek bevat een aantal juweeltjes om bij stil te staan, ook door de goed uit gekozen citaten van andere schrijvers. Interessant is bijvoorbeeld de stelling dat ons functionele gevoel van identiteit volgens de schrijfster niet het probleem is. De bron van het lijden van de mens is dat het grote geheel niet meer gezien wordt, de context waarin deze functionele identificatie optreedt. We lijden omdat we ons verbeelden dat we Trijnie Jansen werkelijk zijn en niets dan Trijnie Jansen. We zien, in de woorden van de schrijfster, onze ware identiteit als de bewuste ruimte die zowel Trijnie Jansen als Tom de Bruin en heel de rest van het universum ziet en is, over het hoofd.
Een ander juweeltje dat tot onderzoeken uitnodigt, is dat het niet om volmaaktheid gaat en dat gewoon menselijk falen en tekortkomen bij het hele bevrijdingsproces horen. Tollifson geeft aan dat we vaak het idee hebben dat verlichte mensen permanent in een staat van verruimd bewustzijn verkeren, terwijl we van onszelf denken dat we iemand zijn die telkens in en uit die verlichte staat gaat. We hebben niet in de gaten dat degene die permanent gevestigd is, en degene die nog steeds heen en weer zwalkt, beide een fictieve schepping zijn. Die fictieve schepping is samengesteld door denken, geheugen en verbeelding. In die zin betekent spirituele bevrijding niet dat je altijd in welke bijzondere staat van bewustzijn dan ook bent, want al het waarneembare en voorstelbare is niets dan stroming! Ook als we niet in de flow zitten en ons afgescheiden voelen, is dat niets dan ongedeelde grenzeloosheid die zich voordoet als verdeeldheid en afscheiding. Wakker worden is zien hoe verwarring en twijfel ontstaan en wat op dit moment het gevoel van gemis veroorzaakt en in stand houdt, en tenslotte zien dat degene die het probleem veroorzaakt imaginair is.
In dit boek is de schrijfster ook open over haar eigen worstelingen en dwangneurose. Ze schrijft bijvoorbeeld dat wanneer ze ontmoedigd is, kookt van intolerante woede over een of ander onrecht in de wereld, of wegloopt van wat haar bang maakt, dat steeds een uitnodiging is om waar te nemen of op te merken dat het denken weer eens het illusoire ik heeft gematerialiseerd en de eenvoud van hier/nu heeft bedekt met een of ander verhaal of een imaginair probleem. Het loslaten van de poging tot verzet of het streven naar iets beters zorgt dat het probleem verdwijnt, of eigenlijk dat ‘ik’ verdwijn. Er bestaat alleen nog maar dit huidige m
Comments # 0